![](https://www.hulpbijadhd.nl/wp-content/uploads/2021/01/index.jpg)
Beter een week te vroeg dan te laat
Terwijl ik met mijn administratie bezig ben (bah!), klinkt het geluid van een binnenkomende e-mail. Verheugd klik ik op mijn mailbox en open de mail. Het is een aanvraag voor een lezing uit Bergen op Zoom. Omdat ik het fijner vind om telefonisch af te stemmen – schrijven is niet mijn sterkste kant – bel ik de aanvrager genaamd Gerrit. ‘Dat is snel,’ reageert hij nadat ik me heb voorgesteld en heb gezegd dat ik zijn mail ontvangen heb. ‘Dat hoor ik wel vaker,’ antwoord ik hem.
Hij vertelt me dat hij voor de teamdag op de school voor voortgezet onderwijs waar hij werkt, op zoek is naar een spreker. Een spreker die mensen kan laten voelen hoe het is om ADHD te hebben. Dan is hij bij mij aan het juiste adres. Als ik vraag hoe hij mij heeft gevonden vertelt hij dat zijn vrouw een lezing heeft bijgewoond op een school in Breda. Zij moest aan mij denken, toen hij haar vertelde wat voor een spreker hij zocht. Fijn, zo’n slimme vrouw.
We spreken af dat ik over twee maanden, op 10 april om 12.00 uur, de lezing kom verzorgen. Ik hang op en open meteen de routeplanner om te kijken hoe lang het rijden is van Eindhoven naar Bergen op Zoom. Ik zie dat het een uur rijden is. Ik noteer in mijn agenda dat ik om half elf vertrek.
In het begin van mijn carrière trok ik vijf minuten extra reistijd uit. Door mijn onophoudelijke interesse voor de gehele omgeving (mensen zonder ADHD noemen dit ook wel ‘onoplettendheid’) ben ik een keer in een bussluis vast komen te zitten (schade 375 euro). Hierdoor hebben er 25 mensen een half uur op mij gewacht. Sinds die tijd tel ik telkens een half uur op bij de tijd die de routeplanner aangeeft. Deze extra tijd is er vooral voor alle afleidingen die ik op mijn weg naar de auto en tijdens het rijden tref of die mij weten te vinden. Denk bijvoorbeeld aan het nog even met mijn dochters spelen, ontdekken dat ik mijn usb-stick of andere zaken ben vergeten zodra ik de straat uit rij, tanken (waarom heb ik dat gisteren niet gedaan?), parkeerplaats zoeken en natuurlijk bussluizen ontwijken.
Sinds ik weet dat ik om mijn snelle afleidbaarheid een half uur extra reistijd nodig heb, kom ik over het algemeen op tijd. Gemiddeld genomen dus. Zo mocht ik een tijd geleden een lezing verzorgen op een middelbare school in Maastricht. Toen ik daar na een reis van anderhalf uur arriveerde en ik mijn contactpersoon had gevonden zei hij me dat ik wel heel vroeg was. ‘Beter te vroeg dan te laat,’ antwoordde ik hem jolig en met enige trots. ‘Maar een week te vroeg is wel héél erg vroeg,’ reageerde hij met een onderdrukte lach. ‘Dan lijkt het me een goed plan dat ik nu naar huis ga en volgende week terugkom,’ antwoorde ik en vertrok onverrichter zaken huiswaarts.
Op 10 april vertrek ik om half elf ´keurig´ op tijd, waardoor ik om half twaalf in Bergen op Zoom arriveer. Bij binnenkomst vraag ik de receptioniste waar ik Gerrit kan vinden. Ze probeert hem te bellen, maar krijgt hem niet te pakken. Ze vertelt me alvast dat de lezing in de aula plaatsvindt en legt me uit hoe ik daar kan komen. Ik loop naar de aula en zie dat alles al is klaargezet. Ik haal mijn USB-stick uit mijn colbert en open mijn presentatie op de laptop.
‘Arno de Poorter!’ hoor ik na een kwartier. Daar is Gerrit. Hij vraagt me of ik het makkelijk heb kunnen vinden. ‘Ja hoor, dat is gelukt!’ antwoord ik opgewekt. ‘Je bent keurig op tijd,’ gaat hij verder. ‘Het is toch wel vandaag?’ vraag ik hem nu twijfelend. Hij stelt me gerust met de woorden: ‘Maar natuurlijk, wat dacht jij dan… volgende week?’
Arno de Poorter