Een andere weg
Vorige week voerde ik een kennismakingsgesprek met iemand die vertelde zich ook te hebben aangemeld bij Novadic.
Nu is dat niet iets waarvan ik schrik of zelfs maar verbaasd ben. Veel mensen die ik begeleid hebben een al dan niet door anderen of zichzelf erkende verslaving. En dat kan echt aan van alles zijn: drugs, drank, gokken, gamen, seks, series kijken, roken…
De vraag die me vorige week werd gesteld, was of de begeleiding die ik bied en de behandeling vanuit Novadic, elkaar zouden kunnen bijten. Nu mijn enige eigen ervaring met Novadic dat ik weleens voorbij het pand waarin zij gevestigd zijn gewandeld ben en is alles wat ik erover weet ‘van horen zeggen’. Wat ik denk te weten is dat men er bij Novadic op gericht is om de verslaving te behandelen, zodat het effect ervan op iemands leven afneemt. Aangezien het altijd een persoon is die een verslaving heeft, kunnen ze niet om de mens heen, maar wat er precies wordt ingezet, ik heb geen idee.
Wat ik wel weet is dat bij veel mensen die ik begeleid de verslaving of verslavingsgevoeligheid afneemt. Niet door direct iets aan of met de verslaving te doen, maar door mens – die verslaafd is – op onderzoek uit te gaan. Om zo te gaan ontdekken waar de verslaving voor dient. Tot nu toe zie ik dat bij de mensen die ik begeleid de verslaving niets anders biedt dan afleiding en de vraag die dan beantwoord dient te worden is: afleiding waarvan?
Het uiteindelijke antwoord daarop is altijd van een bepaald gevoel. Een gevoel – van schaamte, vrees, angst, falen of de angst om te falen of nog tal van andere mogelijke gevoelens – dat dusdanig ongemakkelijk is, dat er een (sterke) vorm van afleiding nodig lijkt. Een gevoel dat wordt opgeroepen door een gedachte in de vorm van herinneringen, zorgen, overtuigingen of bijvoorbeeld een beeld van zichzelf.
Op het moment dat je hierin duikt, werkelijk onderzoekt wat het is dat het ongemakkelijke, ogenschijnlijk niet te verdragen gevoel oproept, doe je al wat een verslaving tracht te voorkomen; je komt jezelf onder ogen.
… en ervaart dat dit te hebben is.
‘Wat lijkt wel de weg andersom,’ reageerde degene aan wie ik dit proces vorige week uitlegde. ‘Dat zou goed kunnen,’ antwoordde ik, ‘maar omdat je deze wegen niet beide tegelijk fysiek hoeft te bewandelen, is het geen punt om beide tenminste te proberen.’